Nicolaas Ludolph Hoevenaar was een zoon van de Utrechts Notaris Procureur Adrianus Hoevenaar en van Christina Mechteld Oortman. Hij werd geboren op 22 mei 1772 in Utrecht en overleed op 17 juni 1846 in Veghel. Hij trouwde op 13 september 1795 in Amsterdam met Maria Elisabeth Vroome.

Nicolaas Ludolph ​graveerde ook glazen, net als zijn vader Adrianus Hoevenaar sr.  en zijn broer Adrianus Hoevenaar jr. Er zijn een tweetal glazen van hem bekend. 

Nicolaas Ludolph kwam uit een vooraanstaand patriottisch milieu. Zijn vader raakte actief betrokken bij de patriottenbeweging in zijn woonplaats en verwierf daarin een vooraanstaande positie. Zijn zuster Christina Hoevenaar was eerst gehuwd met Mr. J.C. Hespe, patriots publicist en redacteur van het patriottische opinieblad de Politieke Kruyer en na haar scheiding trouwt zij met Pieter Ondaatje. Ondaatje is patriot in hart en nieren. De hele familie vluchtte in 1787, bij de komst van de Pruisen, naar Duinkerken en St. Omer in Noord-Frankrijk.

Nicolaas Ludolph trad in juli 1787 in militaire dienst als 2e luitenant Regiment Artillerie.  Aan het einde van hetzelfde jaar trad hij in Franse dienst, waarvan vanaf 1792 in het Legion Etrangère. Van 1795 tot 1813 diende hij respectievelijke als le luitenant in het 3e regiment dragonders (8 januari 1796), dit was later het 3e regiment Huzaren, als ritmeester (21 oktober 1806), als Luitenant Kolonel (29 april 1809) en als Kolonel (18 maart 1813). Nicolaas Ludolph nam aan meerdere veldtochten deel. Hij redde in het gevecht bij Cuidad Real (Spanje) het leven van zijn kolonel Roest van Alkemade. Hij werd op 29 april 1809 bevorderd tot Luitenant-Kolonel en door Louis Napoleon gedecoreerd als Ridder van de Unie. Op 24 april 1810 werd hij door Keizer Napoleon benoemd als Ridder van het Legion d’Honneur en op 15 maart 1812 als Chevalier de L’Ordre de la Réunion. Door de gevolgen van de oorlog had hij zijn rechterarm verloren, waarschijnlijk op 26 oktober 1811.